zondag 22 oktober 2017
Meer foto’s op onze fotopagina.
Vandaag is het de slotdag van de Swimcup. Het Amsterdamse zwemfeest was de laatste kans op EK-limieten voor de zwemmers. Sommige toppers, zoals Kromowidjojo en Heemskerk bij de dames en Jesse Puts, Arno Kamminga en Joeri Verlinden bij de heren, zijn al zeker van Kopenhagen. Voor anderen het weekend waar het allemaal in moet gebeuren. Op die spectaculaire kortebaan. De zwemmers vliegen door het bad, na ieder keerpunt verdwijnen ze voor een tiental meters onder water, waarna ze nog 15 meter zwemmen overhouden. En dat levert zeker op de korte nummers geweld op. Heel andere discipline dan de langebaan. Gisteren zei vlinderaar Mathys Goosen al dat het op de 200 vlinder niet zo zwaar was als in het 50-meterbad, aangezien er veel meer gedraaid en gekeerd wordt. Volgens hem kun je op die afstand met een stevige beenpartij een heel end komen op de kortebaan. Vandaag een mooi programma met als apotheose de 50 vrij voor de mannen en vrouwen.
De hoogtepunten:
Op de 200 wissel heren een confrontatie tussen de jarige Arno Kamminga en Arjan Knipping, die gisteren op een speciale timetrial een limiet pakte op de 400 wissel. Knipping won in 1:57, 48, vlak voor Kamminga, die een uitstapje maakte van school naar wissel. Een EK-limiet zat er niet in.
Bij de dames verscheen Femke Heemskerk in de baan op de 200 wissel. Zij heeft de EK-limiet al gezwommen, dus kon ontspannen zwemmen, in aanloop naar haar 50 vrij, later op de avond. In een majestueuze stijl leidde la Heemskerk de race van het begin tot het eind, de aantik was in een sterke 2:07,78, ook weer beneden de EK-limiet. De 2:12,35 van de op het WK nog acterende Marjolein Delno leverde geen limiet op. Zij mag hopen op een aanwijzing voor het EK op de korte wisselafstand, de 100, waar ze de limiet net niet haalde. Ze zwom daar 1:00,06, driehonderdste boven de EK-limiet. De estafette 200 vrij waarop in Boedapest nog excelleerde, is geen optie in Kopenhagen, eenvoudigweg omdat die niet wordt gezwommen op de kortebaan.
De 100 vlinder (Goosen, Verlinde) was een schitterend gevecht tussen oud en nieuw. Routinier Joeri Verlinde versus de coming man Mathys Goosen. Verlinden traint tegenwoordig niet meer bij de nationale selectie en mist daardoor de nodige voorzieningen op topniveau. Mathys Goosen is de jonge hond die de afgelopen tijd louter progressie boekt. Uiteindelijk was hij die er met het been vandoor ging in een tijd van 51,23, eentiende voor de oude maestro. De winnaar bleef bescheiden over zijn zege: ‘het is lastig vergelijken met Joeri. We zwemmen verschillende programma’s en volgens mij ben ik iets meer uitgerust dan Joeri. Hij was mijn rolmodel in de jeugd. Ik streefde ernaar ooit met hem te kunnen concurreren. En nu is het zover. Ik vind het ook mooi dat er nog een ander in Nederland is met zo’n hoog niveau. Daar ga ik zelf harder van zwemmen. We trainen niet samen, dat is ook niet verkeerd. Het is goed dat er in Eindhoven nog een concurrent zwemt, dat motiveert’. Geen Ajax-PSV voor Goosen, want ‘ik houd niet van voetbal’. Op dit weekend blikt Goosen tevreden terug. ‘Ik ben hier niet getapered, maar heb toch pr’s gezwommen, op de 50 een halve seconde eraf en op de 200 zelfs 2 secondes. Ik ga straks niet mee naar Azië voor de worldcup, ik blijf lekker in Amsterdam trainen. En in Kopenhagen zorg ik dat ik goed ben uitgerust en voluit kan vlammen’.
De 200 rug mannen eindigde in een overwinning voor de piepjonge 17-jarige Jari Groenhart, 1:57, 38. Weliswaar ruim boven de limiet, maar gezien zijn leeftijd een belofte voor de toekomst.
Op de 50 school een spannend gevecht tussen Timon Evenhuis en 200-meterspecialist Arno Kamminga. De laatste had op deze afstand al een limiet gezwommen en vlak daarvoor nog een 200 wissel gezwommen. Het werd een nipte overwinning voor Evenhuis in 26,71, voldoende voor een EK-limiet. Kamminga kon er niet mee zitten. ‘Ik miste een beetje explosiviteit door die 200 wissel. Vanmorgen had ik nog een 26,66 gezwommen, een persoonlijk record. Ik ben heel tevreden hoe het is gegaan dit weekend. Ik was niet getapered en heb veel afstanden gezwommen. Met de vorm zit het goed. Ik ga nu nog worldcups zwemmen en daarna is het toewerken naar de EK kortebaan’.
De avond eindigde in het denderend geweld van de 50 vrij. Wereldkampioen en nationaal recordhouder Jesse Puts tegen het aanstormende talent Nyls Korstanje. Na een dikke 20 secondes puur zwemgeweld tikte Kostanje vierhonderdste eerder aan dan Puts, in 21,71. Puts was na afloop niet onder de indruk van het verlies. ‘Ik was gewoon moe. Dan kan dat gebeuren. Je hebt nu eenmaal highs en lows in een seizoen. Het gaat erom dat ik in Kopenhagen goed zwem en daar heb ik alle vertrouwen in’. Onder de mislukking op de 50 vrij op het WK, waar hij al na 50 meter in de series was uitgezwommen, heeft Puts niet geleden. ‘Ik ben daarna nog het worldcupcircuit ingedoken en heb toen even vakantie genomen. Zonder te zwemmen, ja. Nu ben ik relatief kort in training. Ik heb naast de 50 vrij ook nog andere afstanden gezwommen. Dat is gewoon leuk, dan hoef je je niet alleen maar op die 50 vrij te focussen’. En hoe staat het met zijn schouder, die hem in de aanloop van het WK parten speelde? ‘Dat valt wel mee. Ik kan gewoon mijn trainingen doen. In dit weekend waarin ik meerdere afstanden zwem, merk ik het wel. Maar het is geen excuus’.
De allerlaatste confrontatie was er een op de 50 vrij tussen twee vedettes: Pernille Blume, de Olympisch kampioene op de langebaan op deze afstand, tegen Femke Heemskerk. Ranomi Kromowidjojo, die zich uiteraard al had gekwalificeerd op deze afstand, deed niet mee. Blume tikte als eerste aan in 23,93. Heemskerk werd tweede in 24,11. Een knappe prestatie, zeker gezien het feit dat ze iets eerder op de avond al een 200 wissel op haar naam had geschreven. Met haar tijd bleef ze ruim onder de EK-limiet, die zij overigens al eerder had gezwommen. Na afloop spraken we nog even met een andere zwemster die zich op het WK langebaan in Boedapest had onderscheiden: Kim Busch. Zij werd vierde in 24,41. Hoe ging haar toernooi? ‘Op de 50 vrij heb ik wel aan de limiet voldaan, maar ik ben de vijfde zwemster in tijd en er mogen er maar vier starten op het EK. Op de 100 vrij heb ik op driehonderdste de limiet gemist, heel jammer. Op de 50 vlinder heb ik ook een limiet gehaald, maar daar ben ik de nummer 4, terwijl er maar twee zwemsters mee mogen doen op het EK. Ik heb ook de 100 school gezwommen, daar kwam ik drietiende te kort. Het is een kwestie van net-niet. Ik hoop dat ik mee mag naar Kopenhagen, en anders richt ik me op het EK langebaan. Maar ik maak me verder geen zorgen want ik zwem nog steeds pr’s.
En tot slot een woord over de organisatie. Met gemiddeld 40 vrijwilligers per dag (exclusief jury) kan zij terugkijken op een perfecte georganiseerd evenement. Gelet op het enorme gekrioel van zwemmers voor de perstribune, allemaal onderweg van wedstrijdbad naar uitzwembad en vice versa, mag het een wonder heten dat alles netjes op tijd werd afgewerkt. Organisator Marcel van den Berg blikt tevreden terug. ‘Ik hield me vooral bezig met de technische ondersteuning. Dat is goed gegaan. De tijdwaarneming was okay. En anders hebben we altijd nog een tweede klok meelopen. Want ja, voor zwemmers is de tijd van levensbelang. Verder hebben we soms wat aantikplaten moeten repareren nadat ze door de (mannelijke) zwemmers met de voeten waren gegeseld. De publieke belangstelling was okay, de sfeer onder de vrijwilligers was okay. Kortom, ik heb niets te klagen’. Zijn er nog wensen? Na enig nadenken: ‘Ja. We zouden dolgraag in de toekomst een groter evenement willen organiseren, een EK of een WK. De draaiboeken liggen er. In samenwerking met de gemeente Amsterdam en de KNZB moet dat een keer lukken’. We gaan het zien!
Foto: Kees-Jan van Overbeeke
Tekst: Peter de Jong (freelance sportjournalist, oa Utrechtse Sportkrant)